ONRUST IN BINNEN-MONGOLIË

MONGOLEN DREIGEN MINDERHEID TE WORDEN IN EIGEN GEBIED

Op 21 november besloot de Mongoolse Volksrepubliek het Volks- uit haar naam te schrappen en daarmee verdwijnt opnieuw een restant van het communisme dat het land meer dan 70 jaar in haar greep had. Maar in het aangrenzende Binnen-Mongolië, een "Autonoom Gebied" in de Volksrepubliek China schalt het revolutionaire Dongfang hong ("Het Oosten Is Rood") nog steeds in volle koorbezetting uit de luidsprekers.

(Door Jan van der Made)

HOHHOT (ZOP) De meeste slogans die in China het volk toespreken begrijp je pas als je de betekenis ervan omdraait. "Lang Leve de Grootse Eenheid van de Nationaliteiten" is er zo een. Op een blauw bord staat het in enorme Chinese en Mongoolse tekens tegenover de uitgang van het treinstation van Hohhot, de hoofdstad van het Autonome Gebied Binnen-Mongolië.

Op het eerste gezicht lijkt Hohhot niet veel af te wijken van een gemiddelde Chinese stad. Ongeïnspireerde betonblokbouw, stoffige parken, rustige rijen fietsers, voortsukkelend verkeer.

Maar de alom aanwezige politie en propaganda in de plaatselijke media doen vermoeden dat er meer aan de hand is. Vijf agenten zijn die middag te vinden in een restaurantje aan de Xinhua Lu (Nieuw Chinaweg) in zuid-Hohhot. De politiemannen zitten rond een tafel waarop een dampende koperen schaal soep staat met in het midden een schoorsteen van 60 cm hoog. Daarin zit gloeiend houtskool om het water aan de kook te houden, de Mongoolse huo guo, hot pot. Onder luid geschreeuw worden er dikke garnalen in gegooid en reepjes kool. Kleine kopjes worden telkens volgeschonken met een riekend vocht: Chinese jenever gebrouwd uit vijf verschillende graansoorten met een alcoholpercentage van ver boven de 40%.

DEMONSTRATIES

De agenten zijn rood aangelopen, haar over het bezwete voorhoofd geplakt. Twee zijn gekleed in volledig uniform, twee anderen in een trui maar met politiebroek, het pistool bungelt nonchalant in een holster aan een zwart leren riem. Eén agent is helemaal in burger.

Ze blijken allemaal deel uit te maken van de Mongoolse minderheid en zijn lid van de Communistische Partij China. De discussie laait hoog op. "Wij praten officieel liever niet over politiek", roept een van het vijftal, "maar het houdt ons wel het meeste bezig". Over de situatie in de Republiek Mongolië zijn ze niet erg te spreken. "Ik hoef daar niet naartoe. Ze hebben er voor gekozen om eerst de politiek te hervormen, en daarna pas de economie. Dat kan alleen maar tot chaos leiden".

Als ik vraag naar berichten over recente demonstraties klikken ze minachtend met hun tong. "In 1990 waren er nog demonstraties, in mei. Het waren ook Mongolen". Ze veranderen snel van onderwerp na deze onverwachte bevestiging van een beweging die uit de officiele annalen is weggeschreven.

TABOESFEER

Volgens de officiele gegevens, samengevat in het boekje Yiqian nian Huhehaote de shi (1000 jaar Gebeurtenissen in Hohhot) dat op het locale busstation te koop is, werd na juni 1989 niet meer gedemonstreerd. Hohhot werd in de lente van 1989 aangestoken door de democratiegolf die vanuit Beijing over China golfde. Volgens 1000 jaar gebeurtenissen demonstreerden zo'n 15.000 studenten op het plaatselijke Xinhua Guangchang (Nieuw Chinaplein), Hohhot's versie van Beijing's Tiananmenplein. Ze protesteerden tegen de overmatige spilzucht en corruptie die de CCP teisterden. Klassen werden geboycot, buschauffeurs staakten, petities werden aangeboden aan de regering van de Autonome Regio. "Maar na 4 juni stopten deze activiteiten", aldus het boekje.

De gebeurtenissen in 1989 zijn bespreekbaar. Ze zijn vertaald in officieel propagandajargon en worden gebruikt als een voorbeeld hoe het niet moet, een "les" in de strijd tegen het bourgeois-liberalisme, Chinees voor alle slechte westerse invloeden. Maar de protesten van 1990 liggen in de taboesfeer. Anders dan de protesten in 1989 die waren gericht tegen de misstanden binnen de CCP, hebben ze een ethnische grondslag, die in de meest extreme gevallen is gericht op afscheiding van de Volksrepubliek China en dragen daarmee hetzelfde karakter als de demonstraties in Tibet en het door Moslims gedomineerde gebied Xinjiang.

CAVALERIEDIVISIE

Toen in december 1989 in de bittere vrieskou van Ulan Bator de Mongolen in de Volksrepubliek Mongolië demonstreerden voor democratie hielden zij de vonk van protest voor hun Binnen-Mongoolse verwanten levend. En zo gebeurde het dat twee dagen lang, van 26 tot 28 mei 1990 40.000 mensen demonstreerden in de straten van Hohhot, roepend om "Onafhankelijkheid, democratie en gelijkheid". Het goed geinformeerde Hong Kong tijdschrift Zheng Ming meldt dat "toen de demonstranten zich naar de regeringsgebouwen verplaatsten, militairen en politie waarschuwingsschoten losten in de lucht". In de paniek die er op volgde raakten 200 mensen, onder wie militairen, demonstranten en toeschouwers, gewond en zeven werden in de paniek onder de voet gelopen en stierven aan de verwondingen.

Tegelijkertijd werd, aldus Zheng Ming een speciale afgezant naar Ulan Bator gestuurd om de zaak te bespreken. Waakzaamheid aan beide zijden van de grens werd verscherpt en men legerde een cavaleriedivisie van het nabijgelegen legerhoofdkwartier Shijiazhuang rond Hohhot.

De Mongolen in China hebben reden om kwaad te zijn. Hun eens machtige rijk werd in vorige eeuwen opgedeeld tussen China en Rusland. Binnen-Mongolië, het Chinese gedeelte, is via een aggressieve migratiepolitiek langzamerhand overspoeld door Chinezen zodat de Mongolen nu in hun eigen Autonome Gebied een minderheid vormen: slechts één op de zeven inwoners is Mongools. Verreweg de meeste invloedrijke posities binnen de Communistische Partij van Binnen-Mongolië worden bekleed door Chinezen. Tot 1979 zijn de Mongolen in China systematisch onderdrukt, en leden uitzonderlijk tijdens de Culturele Revolutie (1966-1976).

GEHEIM DOCUMENT

Daarna werd Binnen-Mongolië vooral geëtaleerd als de pronkkast van het Chinese minderhedenbeleid: de foto's met de uitgestrekte grasvlakten waarover blije Mongoolse ruiters galopperen, gekleed in prachtige kleren zijn maar al te bekend uit publicaties als de China Pictorial en gidsen van de China International Travel Service, het Chinese staats-reisburo. In alle publicaties worden de Mongolen trots omschreven als een van de 56 nationaliteiten die tezamen de Volksrepubliek China vormen. "Eenheid" met de Chinezen is het sleutelwoord tot stabiliteit

Maar die eenheid is in gevaar volgens de paranoïde leiders in Beijing. Intellectuelen organiseren kleine studiegroepjes waarin de toekomst van de regio wordt bediscussieerd. Tot nu toe zijn ze, eenmaal ontdekt door de autoriteiten, als "illegaal" bestempeld en in de kiem gesmoord. Van tenminste 4 groepjes is het bekend dat ze zijn opgeruimd; daarvan zijn tenminste een dertigtal mensen gearresteerd en afgevoerd naar onbekende detentiecentra.

Volgens het uiterst geheime Document No. 13 van de CCP afdeling Binnen-Mongolië dat dit jaar circuleerde hadden leden van deze clubjes contact met leden van de Mongoolse Democratische Partij, de grootste oppositiegroep in de Republiek Mongolië, die, vermomd als handelaars, de grens over waren gekomen en propagandamateriaal hadden verspreid. Thema: bevorderen van de nationale cultuur, verzet tegen de politiek om de graslanden in akkerland te veranderen, verzet tegen de migratiepolitiek en vooral: hereniging met het moederland Mongolië.

Beijing's greep op Binnen-Mongolië wordt echter voorlopig gehandhaafd middels een scherpe repressie die geen discussie duldt, onvrede met spilzieke kaderleden en anti-Chinese sentimenten ten spijt. In de rhetoriek van Document 13: "Onze positie aan de noordelijke grens van het moederland heeft ons gemaakt tot de eerste verdedigingslinie tegen infiltratie van vijandige krachten uit binnen- en buitenland".

© Jan van der Made