TAIWAN AAN VOORAVOND HISTORISCHE VERKIEZINGEN

WORDT EILANDSTAAT ONAFHANKELIJK?

Demonstratie 'Hsin Tang' aanhangers

Morgen beginnen in Taiwan de eerste directe presidentsverkiezingen uit de geschiedenis van het eiland. Aan de vooravond staan massale bijeenkomsten en demonstraties met toespraken van de vier presidentskandidaten op het programma in een laatste poging om stemmen te winnen. Lee Teng-hui (Nationalisten of Kuomintang, huidige regeringspartij), de gedoodverfde winnaar, neemt het op tegen P'eng Ming-min (Demoratische Progressieve Partij, oppositie), Lee Yang-kang (Nieuwe Partij of Hsin Tang, afscheiding van de Nationalisten, nu oppositie) en Ch'en Lu-an (voormalig Nationalist, nu een onafhankelijke kandidaat). Maar op de achtergrond van het uitbundige feest der democratie dreigt de schaduw van Peking.

(Door Jan van der Made)

TAIPEH (ZOP) "Taiwan's grootste vijand van dit moment is niet China", zegt Hsu Sh'ih-chieh, campagneleider van de Democratische Progressieve Partij (DPP), "maar de angst van de bevolking voor een communistische oorlogsdreiging". Hij is gekleed in een trainingspak in de partijkleuren lila, blauwgroen en wit, en draagt een button met een blauwgroen walvisje, het symbool van de partij. "Taiwan heeft de vorm van een walvis, en net als een walvis ligt ze in de zee". Dat walvissen met uitsterven worden bedreigd laat hem onberoerd. "We hebben al zo lang niets meer met het vasteland te maken. We zijn rijker. We hebben een democratie. Veel van onze stemmers zijn op Taiwan geboren, en nog nooit op het vasteland geweest. Waarom zouden ze daarbij willen horen?"

Ch'en Shui-chin is een DPP-stemmer. Hij is taxichauffeur en heeft vier enorme DPP vlaggen (een wit kruis met daarop in het groen de contouren van het eiland) op het dak van zijn auto bevestigd. "Ik krijg nou even wat minder klanten", vertelt hij. "Mensen die op andere partijen stemmen stappen niet vaak in deze taxi. Het zijn voornamelijk DPP-stemmers". Ch'en werd geboren op Taiwan, net als zijn ouders, en heeft een grondige hekel aan vasteland--Chinezen en communisten. "Het moet nou maar eens afgelopen zijn. We moeten zo snel mogelijk onafhankelijk worden".

Maar ondanks hun reclame voor onafhankelijkheid zijn concrete plannen daarvoor vaag. Hsu Sh'ih-chieh, de campagneleider, zegt dat, "als P'eng Ming-min president wordt, hoeven we niet direct te gaan verkondigen dat we onafhankelijk zijn, want dat zijn we in feite al. We hebben een enorm sterke economische positie (Taiwan is de 13e grootste handelsnatie ter wereld), en bovendien is P'eng Ming-min een specialist in economie en buitenlandse betrekkingen, dus ik weet zeker dat onze internationale positie snel zal verbeteren", zegt hij vol vertrouwen.

IDENTITEIT

P'eng Ming-min, ooit een leraar van de huidige president Lee T'eng-hui, leefde jaren in ballingschap in de Verenigde Staten vanwege zijn ideeen over een onafhankelijk Taiwan. De "anti-afscheidingswetten" voorzagen in zware straffen voor voorstanders van onafhankelijkheid, maar in 1987 werd oppositie voor het eerst toegestaan. Voor P'eng Ming-min een teken om terug te komen. In 1995 werd hij lid van de DPP, en hoopt nu Taiwan een eigen identiteit te geven. Hij neemt daarmee een uiterst zware taak op zich. In Peking is de DPP afgeschilderd als een misdadige organisatie die er op uit is om "het moederland te splitsen".

De verkiezingsstrijd wordt overduidelijk beïnvloed door de militaire acties van het vasteland. Meer dan de helft van de tijd van de verkiezingsdebatten worden besteed aan Taiwan-vasteland betrekkingen, waarbij verschillende gradaties van onafhankelijkheid worden besproken. Zelfs de bewegingsvrijheid van de kandidaten wordt beinvloed door Peking: Afgelopen maandag, tijdens het laatste grote televisiedebat, kondigde P'eng Ming-min, opeens aan dat het Buro voor Nationale Veiligheid hem had verteld dat er "een moordenaar zou zijn gestuurd door de Gewapende Politie in Peking met de opdracht om hem, of een van de andere presidentskandidaten te vermoorden." De moordenaar, die "Young" zou heten en 44 jaar zou zijn, zou daarvoor een beloning van 5 miljoen Amerikaanse Dollar krijgen. Volgens de Taiwanese wet worden de verkiezingen afgelast als een der kandidaten niet mee kan doen.

Twee dagen later werd er een "Tony Young" aangehouden op het vliegveld van Taipei. Hij was 44 jaar, en had jaren in de VS gewoond. De Taiwanese pers speculeerde er over dat hij voor Amerikaanse triaden zou werken, die hem de opdracht vanuit Peking hadden toegespeeld. Maar na een ondervraging van negen uur moest de Taiwanese veiligheidspolitie hem laten gaan wegens gebrek aan bewijs. Het resultaat was wel, dat het Buro voor Nationale Veiligheid de presidentskandidaten adviseerde om kogelvrije vesten te dragen, en om slechts onder begeleiding van lijfwachten de straat op te gaan.

KREEFTEN MET WEKE POTEN

Maar het resultaat van China's intimidaties, de vlootoefeningen en de geruchten over sluipmoordenaars, lijkt averechts te werken. President Lee Teng-hui voert een keiharde "vrees Peking niet. wij zijn geen kreeften met weke poten" campagne. Hij staat voor hereniging met het vasteland, maar pas wanneer China zelf een democratisch en vrij land is. "We laten ons niet intimideren", zegt Chuang Shih-tsung, hoofd van de Shamei middelbare school op het eiland Quemoy, een Kuomintang bolwerk. Zelfs de kinderen in zijn klas zijn niet bang voor een eventuele invasie. "Zij zijn bang voor ons", zegt Cheng Hsi-chih, een 16-jarige scholier. Wij hebben het beste leger.

De school heeft 400 kinderen, en elke week zijn er "defensieve oefeningen". Die bestaan eruit dat de kinderen zo snel mogelijk naar een van de acht schuilkelders op de speelplaats moeten rennen. "Ze zijn nu zo gedisciplineerd dat de hele school in dertien minuten in de schuilkelders zit", vertelt schoolhoofd Chuang Shih-tsung. "Ze zijn er erg rustig onder". De kinderen worden ook gedrild in democratie. Twee dagen voor de presidentsverkiezingen in Taipei zijn er op de Shamei middelbare school verkiezingen voor de "Schoolburgemeester".

Vorige week hebben de dertien kandidaten voor die (speciaal voor de gelegenheid gecreeerde post) campagne gevoerd. "We hebben toespraken gehouden in de klaslokalen'", vertelt Chen Ti-pin, een 15-jarige kandidaat. "We moesten vertellen waarom wij vonden dat we schoolburgemeester moesten worden". Argumenten varieerden van het afschaffen van huiswerk tot het uitdelen van repen chocola. "Ze nemen het erg serieus", vertelt Chuang Shih-tsung. En op deze manier leren ze hoe het democratisch proces in zijn werk gaat".

PETITIE

President Lee Teng-hui en de leden van de Kuomintang en hun kinderen mogen onbevreesd zijn, anderen proberen Peking te sussen. Vice voorzitter van de districtsraad van het eiland Quemoy, Ouyang Yanmu deed de meest uitgesproken poging om de betrekkingen tussen China en Taiwan te verbeteren: samen met vijf raadsleden reisde hij af naar Xiamen reizen, de Chinese havenstad die op slechts een paar kilometer afstand van Quemoy ligt. De eilandersdelegatie wilde een petitie aanbieden aan de autoriteiten in Xiamen waarin werd aangedrongen op een beeindiging van de militaire oefeningen en een hervatting van besprekingen.

Er moest een geweldige omweg worden gemaakt: van Quemoy naar Taipei, vandaar naar Hongkong om daar over te stappen op het vliegtuig naar Xiamen. De totale reis nam (met inchecken) twaalf uur in beslag. Maar bij aankomst in Xiamen werd hen, zonder uitleg, de toegang tot China ontzegd en moesten ze hetzelfde vliegtuig weer terugnemen naar Hongkong. "De situatie is niet geschikt. Wellicht kan er na de verkiezingen en de militaire oefeningen weer gepraat worden", liet een overheidsfunctionaris uit Xiamen via de telefoon weten.

Hij volgt daarmee de laatste opmerkingen van Shen Guofang, woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Peking, die donderdag tijdens een persconferentie aankondigde dat "de betrekkingen rond de Straat van Taiwan kunnen verbeteren na de presidentsverkiezingen, onder voorbehoud dat er niet meer over onafhankelijkheid zal worden gepraat". China liet eerder weten dat het "elke kandidaat zou respecteren, ongeacht van welke partij hij zou zijn".

GEZICHTSVERLIES

Naar alle waarschijnlijkheid wordt dat Lee Teng-hui. "Het gaat er alleen om hoeveel procent van de stemmen hij krijgt", vertelt Liao Feng-te, woordvoerder van de Kuomintang. "In het slechtste geval veertig procent, in het beste geval zestig". Wanneer het winstpercentage hoger ligt dan 50% zou dat een ernstig gezichtsverlies betekenen voor Peking: in dat geval zou haar politiek van militaire campagnes en intimidatie die hadden moeten voorkomen dat de kiezers op Lee Teng--hui stemmen, hebben gefaald.

Het liefste zou Peking waarschijnlijk zien dat de kandidaat van de Hsin Tang, Lee Yang-kang, wint. Deze heeft al aangekondigd dat wanneer hij zal winnen, hij ogenblikkelijk naar Peking zal vliegen om over hereniging te praten. Wint P'eng Ming-min, de DPP--kandidaat dan nemen de spanningen naar alle waarschijnlijkheid toe. Peking heeft laten doorschemeren dat wanneer er na de verkiezingen over onafhankelijkheid wordt gepraat, militaire oefeningen wel eens door zouden kunnen gaan tot in de zomer. Ch'en Shui-chin, de DPP-stemmer: "Ik hoop dat Amerika er dan zal zijn om de Taiwenese walvis te beschermen".