PRZWALSKIPAARDEN VAN UITSTERVEN GERED IN MONGOLIË

NEDERLANDS PROJECT REDT ZELDZAME DIERSOORT

Przwalski paarden in de verte

Honderd kilometer ten zuidwesten van de Mongoolse hoofdstad Ulan Bator, in het natuurreservaat Hustain Nuruu ("Berkenberg") behoeden vijf Nederlandse wetenschappers onder barre omstandigheden het Przwalskipaard voor uitsterven. Het Przwalskipaard is een voorouder van het huidige huis- tuin en keukenpaard, en is verwant met de zebra.

(Door Jan van der Made)

HUSTAIN NURUU (ZOP) "Het wordt hier hooguit min vijf en dertig, dus het valt nog mee als je het vergelijkt met Siberische toestanden. Maar ik heb vaak meegemaakt dat mijn contactlenzen waren ingevroren in een blokje ijs als je 's morgens wakker word". Wildbioloog Hans Hovens, afkomstig uit Zetten, woont al een half jaar met zijn vrouw, Grietje ("da's geen grapje") in een Mongoolse tent, een Ger.

Maar anders dan in het sprookje valt er niet veel te knabbelen in hun huisje. "Het eten is een redelijk groot probleem", vertelt Hans. "Het is veel (schapen)vlees wat men hier eet en ook heel veel vet. We hebben nou sinds kort besloten om heel positief over het eten te praten. Dus we benadrukken hoe lekker we het vinden. Maarja, het komt gewoon vaker voor dat je geen hap door de keel krijgt". Grietje, die zestien jaar vegetarier was geweest, kreeg als enige van de vijf Nederlanders spoel- en lintwormen ("gebrek aan weerstand", volgens Hans), en zag zich gedwongen haar eetgewoontes te veranderen.

Behalve de tent van Hans en Grietje zijn er in het natuurreservaat nog twee andere gers ("Yurts" in het russisch) die bewoond worden door projectleider Jan K. Vegter en zijn vrouw, de verpleegkundige Truus, uit Apeldoorn, en de Arnhemse vegetatiebioloog John de Mey.

PROPAGANDA-GER

De vijf Nederlanders maken deel uit van een dubbelproject waarbij het ecosysteem van een gebied van zo'n 50.000 hectare wordt bestudeerd. De tweede poot van het project wordt gevormd door het her-introduceren van Przwalskipaarden.

Hustain Nuruu, het gebied waar de Nederlanders zitten vormt een van de vijf en dertig natuurreservaten die Mongolië rijk is. Er zijn maar liefst 280 verschillende plantsoorten en tientallen diersoorten waargenomen. In de twee verdiepingen tellende kantoor- en onderzoeksruimte van het reservaat toont bioloog Hans vol trots foto's van een nest spelende wolven; de propaganda-ger van het kamp bevat foto's van havikken, kleurrijke bloemen, en natuurlijk het Przwalskipaard, of de Tachi, zoals de Mongolen het dier noemen en kaarten van de homerange, het graasgebied van de paarden.

Het paard, genoemd naar generaal en natuurliefhebber Nicolai Przwalski die het wereldwijd bekend maakte, heeft een ontembaar karakter, een groter hoofd dan het gewone huis-tuin en keukenpaard, borstelige manen, een lichtbruine vacht met een witte buik, en een extra chromosomenpaar. Het paard wordt beschouwd als de voorouder van het moderne paard.

DIERENTUINEN

"In het midden van deze eeuw waren de Tachi's helemaal uitgestorven in Mongolië door overbegrazing. En door de jacht die erop werd gemaakt door op paardenvlees beluste Kazakken", aldus Sukh, de beheerder van de propaganda-ger. In de rest van de wereld waren er nog maar dertien exemplaren over.

Maar dankzij reizigers en avonturiers belandden een aantal van deze paarden in westerse dierentuinen. In Nederland werd in 1970 de Stichting tot Behoud van het Przwalskipaard in het leven geroepen en een aantal semi-reservaten werd opgericht in Nederland (Goudplaat in Zeeland, Natuurpark Lelystad en de Ooypolder in Gelderland) en een in het Duitse Meppen. Doel was de paarden ooit weer terug te brengen naar hun moederland, Mongolië.

Uiteindelijk vond in 1992 het eerste van vijf geplande transporten plaats vanuit Nederland; drie transporten van zestien paarden zijn tot op heden voltooid. Volgens dr. Perenlein Galragchaa, directeur van het Przwalski paarden her-introductiecentrum in Hustain Nuruu hadden de paarden weinig aanpassingsproblemen ondanks het verschil in klimaat: "we hebben ze geen aanvullend voedsel hoeven geven ondanks de strenge winters".

KOU

Op dit moment zijn er zo'n zestig paarden in Hustain Nuruu. Volgens Sukh, de pr-man van het project voelen de paarden zich prima in Mongolië. "Er is er niet een van de kou gestorven. Integendeel, sinds het project van start ging werden zeventien veulens in Mongolië geboren".

Het transport van de paarden (120.000 gulden per keer) wordt gefinancierd door de Stichting tot Behoud van het Przwalski Paard in Rotterdam vanuit eigen middelen, voornamelijk opgebracht door donateurs, maar door een deel van de opbrengsten van de Postcodeloterij.

Het biodiversiteitsproject en het in stand houden van het natuurresrervaat, wordt betaald door de Nederlandse regering; totale kosten 3 miljoen gulden voor vijf jaar. Het is de bedoeling dat het project nog vier jaar doorgaat; daarna moet Mongolië het beheer en de financiering overnemen. De Nederlandse regering is op dit moment bezig, samen met het United Nations Development Fund (UNDP) een trustfund op te zetten.

KAASFABRIEK

Als reclame, en om goodwill te kweken bij de lokale bevolking worden er dit jaar ook een aantal projecten gestart: een waarbij arme vrouwen worden getraind in het opzetten van kleine huisindustrietjes. Geld daarvoor kunnen ze tegen een lage rente lenen uit een daartoe op te richten fonds.

Er zal een yoghurtfabriek worden geopend En er is al een kaasfabriek die vorig jaar drieduizend kilo lekkere, goudgele kaas produceerde, voor 3800 Tugruk (9 gulden) per kilo die vooral aan restaurants en de naar westers voedsel smachtende expatcommunity in Ulan Bator levert.

Volgens projectleider Jan Vegter reageren de Mongools herders goed op de projecten en zijn ze niet boos dat ze een hoop weidegrond voor hun vee kwijtraakten. " Een van de grote voordelen is dat Mongolen een pur sang paardenvolk is. Vanaf de tijd van Dzengis Khan is het paard altijd en nog steeds een belangrijk middel van bestaan en vervoer geweest in Mongolië", aldus Vegter. "De Mongolen begrijpen erg goed dat de Przwalski de voorouder is van hun gedomesticeerde paarden, en dat dat toch het nationale symbool is. Ze zijn er erg trots op".