KAPITALISTEN MET RODE HOEDEN

CHINESE PRIVÉ-ONDERNEMERS VINDEN TRUCS OM LAATSTE MARXISTISCHE REGELS TE OMZEILEN

Toen Zong Qinhou in het begin van de jaren tachtig begon als verkoper voor een klein bedrijfje van een school in het district Shangcheng in Hangzhou, hoofdstad van kustprovincie Zhejiang had hij niet kunnen dromen dat hij nu, vijftien jaar later, een van China's rijkste mannen wordt genoemd.

(Door Jan van der Made)

HANGZHOU/WENZHOU (GPD) Als president van de Wahaha Groep, bekend van fruityoghurt, mineraalwater, ingeblikte lotuszaadpap en een voedingsvloeistof voor kinderen staat hij aan het hoofd van een conglomeraat van onder meer vijf joint ventures (met Frankrijks' melkproducent Danone) en een staatsonderneming die blikjes vervaardigt. Verkoopcijfers groeiden van 1,2 miljoen gulden 1988 tot 500 miljoen gulden vorig jaar en de groep is nu China's grootste voedselproducent.

Zong Qinhou is een van de vele honderden boeren in Zhejiang die met succus een zelfstandige onderneming uitbouwden tot goedlopende industrieconglomeraten. Toch is er op papier in Zhejiang geen sprake van een snelgroeiende privesector. "Het aantal priveondernemingen neemt af", aldus mevrouw He Suhuang, partijchef van het Arbeidsbureau van Zhejiangs zuidelijke havenstad Wenzhou. De reden daarvoor is niet dat de handelsgeest van China's priveondernemers afneemt, integendeel. Het probleem ligt bij berijfsuitbreiding: die is voor Chinese onafhankelijke zakenlui vrijwel onmogelijk.

"Je registreert je als getihu (privé-ondernemer). Als je meer dan acht mensen in dienst hebt wordt je een siying qiye (individueel gerunde onderneming)", aldus Nan Cunhui, president van de CHINT (Zhengtai) groep die voornamelijk electrische schakelaars maakt en haar hoofdkantoor heeft in Wenzhou. Ook Nan was als boer begonnen, had samen met zijn vriend, Hu Chengzhong, geld bij elkaar gelegd en was een "Cooperatieve Zelfstandige Onderneming" geworden. Die groeide gestaag. Maar voor privé-ondernemers is het moeilijk om leningen van banken te krijgen en volgens regels die nog uit het Maoïstische tijdperk stammen mogen priveondernemingen geen aandelen uitgeven. Aanwezigheid op een van de twee Chinese aandelenbeurzen, in Shanghai en Shenzhen, is taboe.

RUGGENGRAAT

Maar in Wenzhou, de meest kapitalistische plaats in China, kan veel. "Dai hong maozi, je zet een "rode hoed" op", aldus Yu Guangshan, vice-directeur van de Administratie voor Industrie en Handel van de province Zhejiang. "Een priveonderneming kan zich registreren als 'publiek gecontroleerd collectief', in feite een staatsbedrijf, oftewel de "ruggengraat" van het socialisme. Op die manier zijn de Wahaha Groep, de CHINT groep en honderden andere conglomeraten in de provincie Zhejiang, die oorspronkelijk werden opgezet door initiatiefrijke boeren, nu semi-staatsondernemingen geworden en komen in aanmerking voor staatsleningen, meestal van de Chinese Landbouwbank.

Maar volgens Yu Guangsheng kan dit later tot problemen leiden. "In het begin kan het bedrijven helpen in hun ontwikkeling. Maar zodra ze groot worden daagt de kwestie van bezit op. De meeste ondernemingen hebben individuele investeringen, verliezen worden gedragen door individuen. Maar onder de "rode hoed" structuur behoort het geld aan de groep. Als een van de oprichters het geld toch voor zich opeist is dat corruptie en zal hij worden gestraft. Als het vraagstuk over wie de eigenaar is onduidelijk blijft is de oorzaak voor conflict gezaaid".

Op dit moment is 70 procent van de collectieven in Wenzhou een in Beijing geregistreerde "publiek gecontroleerd collectief". Volgens Chen Jianke, financiëel assistent van de CHINT group "is er een plan om voormalige privé-ondernemingen op de aandelenbeurs te noteren, maar die beslissing is door Beijing nog niet genomen". Dat is ook niet zomaar een beslissing: het zou de doodsklap betekenen voor wat er nog aan Marxistische filosofie over is in het China na Deng Xiaoping.

AZIATISCHE CRISIS

Ondertussen dient de economie van Wenzhou als voortrekker voor die van heel China. Sinds 1979 bedroeg de economische groei van de plaats gemiddeld 16 procent. De 16,4 procent van het afgelopen jaar was het dubbele van het landelijke gemiddelde. Tegelijkertijd beginnen Wenzhou's cooperaties de klappen van de Aziatische crisis te voelen.

De CHINT groep heeft verregaande plannen tot fusie met de Dixili groep, die notabene werd opgericht door de oorspronkelijke partner van CHINT president Nan Cunhui, Hu Chengzhong. "We hadden verschillende strategieën voor ogen", aldus Hu, gevraagd naar de reden van de afsplitsing van Dixili in 1993". Maar dalende verkoopcijfers veroorzaakt door minder export en ook de verslechterende economische situatie binnen China dwongen de twee conglomeraten (die ieder meer dan vijfduizend mensen in dienst hebben) de koppen weer bij elkaar te steken.

Maar CHINT president Nan Cunhui blijft tegelijkertijd uitbreiden, en wil daarbij ook een bijdrage leveren aan de massieve stroomlijning van verlieslijdende staatsbedrijven die afgelopen jaar werd afgekondigt. Sinds december vinder er veilingen plaats van failliet verklaarde kleine en middelgrote staatsbedrijven. "Ze zijn voor duizend gulden te kopen, soms voor een gulden", aldus Nan. "Maar je moet dan wel de verantwoordelijkheid nemen voor de arbeiders van die bedrijven die met ontslag worden bedreigd", iets wat kan gebeuren door volledige integratie van de failliet verklaarde bedrijfjes. Zong Qinhou van Wahaha: Als je miljoenen guldens verdient, zoals wij, dan kun je die het beste herinvesteren. En op die manier leveren we een bijdrage aan de maatschappij en verbetering van de leeftomstandigheden van de arbeiders".