PORTRET: TIAN ZHUANGZHUANG

VETERAAN FILMMAKER WIL NIEUWE GENERATIE HELPEN

De controversiele cineast Tian Zhuangzhuang (46) was vorige week een van de veertien winnaars van de Prins Clausprijs. De prijs, groot 20,000 dollar, kwam als een complete verassing voor de filmmaker, en hij zal het gebruiken om China's armlastige "zesde generatie" filmmakers te ondersteunen.

(Door Jan van der Made)

Filmmaker Tian Zhuangzhuang

BEIJING (GPD) - Hij komt me bij de poort ophalen met een zwarte VW Santana 2000. Het is tweehonderd meter rijden over het terrein van de Peking Filmstudio's aan de Noordelijke Derde Ringweg, een complex bestaande uit vervallen gebouwen van donkerrood baksteen. "Lastig te vinden", vandaar die auto. Na wat zigzaggen houdt hij stil bij een soort schuur. Op de trap ligt een levensgroot beeld van een paard. De schuur blijkt zijn kantoor te zijn met een reproductie van de "Zonnebloemen" van Van Gogh aan de muur en op de verwarming een boeddhabeeld en bureaustoelen rond een laag tafeltje met twee potten vol zwarte en witte Go-stenen.

Tian behoort tot de filmmakers die na de Culturele Revolutie (1966-1976) beroemd werden, de "Vijfde Generatie", die Zhang Yimou (Da hong denglong gaogao gua, Raise the Red Lantern) en Chen Kaige (Ba Wang bie ji, Farewell to my Concubine") tot haar beroemdste zonen rekent. Net als Zhang en Chen laat Tian subtiele kritiek aan het adres van de regering in Peking doorschemeren in zijn werk. In zijn Dao ma zei (Horsethief, 1984), een verhaal dat zich afspeelt in Tibet, probeerde hij de rauwe relatie tussen mens en de goden, maar in feite tussen de heersers (lees: de Communistische Partij) en de onderdanen te schetsen. In Da taijian Li Lianying (Opper-eunuch Li Lianying) moet de gecastreerde hofdienaar de stervende, loodzware keizerin-moeder Ci Xi dragen, maar hij bezwijkt onder haar gewicht. Velen zagen dit als een politieke allegorie: het machteloze volk bezwijkt onder het verotte lichaam van haar leiders.

ZWARTE LIJST

Tian had geluk dat deze film uit mocht komen. Het werk van de Chinese filmmakers gaat over talloze schijven van censuur en het laatste woord is bij het Peking Film Buro. Maar Tian en andere filmmakers houden zich niet altijd aan de stricte stipulaties. Toen hij in 1992 het ruwe materiaal voor Lan fengzheng (The Blue Kite) naar Japan smokkelde om daar te monteren waren China's filmautoriteiten woest. Het politiek getinte verhaal was niet goedgekeurd door het filmbureau.

"In 1993 vertrok ik bij de Beijing filmstudio's. Maar daarna was er een verandering in het management en mocht ik weer terugkomen", aldus Tian. Maar inmiddels was hij op een zwarte lijst gezet, samen met zes andere filmmakers, en sinds "The Blue Kite" is er geen film van zijn hand verschenen.

Maar in die tijd heeft Tian niet stil gezeten. Hij heeft zich opgeworpen als een beschermheer van de "Zesde Generatie" filmmakers, jonge regisseurs, die het liefste zelfstandig films in elkaar zetten. Zhang Yuan (Beijing zazhong, Beijing Bastards) en Wang Xiaoshuai (Jidu hanleng, Frozen, eerder te zien op het Rotterdamse filmfestival) zijn proponenten van de Zesde Generatie.

CULTURELE REVOLUTIE

Tian: "Die jongens wilden zich bewijzen. Ze wilden onafhankelijke films maken". Tian heeft de afgelopen jaren geholpen met het in elkaar zetten van Zesde Generatiefilms als Yuenan guniang (The Girl from Vietnam van Wang Xiaoshuai). Hij assisteerde bij het schrijven van scripts en het verzamelen van geld. Tian: "De Zesde generatie filmmakers groeide op tijdens de politiek van economische hervormingen. Ze waren onbekend, hadden geen geld. Ze maakten ondergrondse films, maar al snel werd dat verboden door de regering. De problemen waar ze mee kampen zijn enorm: ze moeten geld vinden, en tegelijkertijd moeten ze films maken waarvan het onderwerp binnen de richtlijnen van het filmbureau blijft, dat wil zeggen: ze mogen geen directe aanval doen op de staat, en de regerende partij".

Zijn eigen ervaringen met de filmautoriteiten ("heb ik alleen een puur professionele relatie mee, ik accepteer hun leiderschap", zegt hij ironisch) droegen ertoe bij dat hij de jongere generatie wil helpen. "Aan de ene kant dring ik er bij de jonge filmmakers op aan dat ze een beetje binnen de perken van wat geoorloofd is blijven. Maar tegelijkertijd zeg ik tegen de filmautoriteiten dat ze hun films moeten goedkeuren". Tian zelf denkt nog na over een onderwerp voor ene volgende film, maar hij heeft genoeg inspiratie om uit te putten. Tijdens de Culturele Revolutie werd hij gedwongen zijn eigen vader, de toenmalige directeur van de Beijing Filmstudio's Tian Fang, te kritiseren. Hij werd een jaar naar het platteland gestuurd in de noordelijke provincie Jilin en zat vijf jaar in het leger. "Het 38e leger, heb je daarvan gehoord?", vraagt hij bulderend van het lachen. In juni 1989 was dat een van de legereenheden belast met het schoonschieten van het Tiananmenplein.

PERSOONLIJKE FOUT

Filmmaker Tian Zhuangzhuang

Maar toen was Tian Zhuangzhuang allang geen soldaat meer. Hij had zelfs als enige van het hele Chinese filmestablishment zijn nek uitgestoken om een petitie te onderteken die aandrong op de vrijlating van China's topdissident Wei Jingsheng. "Ik heb er geen nadelige gevolgen van ondervonden. Tijdens het bloedbad hing ik in de lucht, ik zat in het vliegtuig naar Italie, naar een filmfestival". Na het bloedbad maakte hij nog drie films tot hij echt in de problemen kwam.

Zijn laatste film, The Blue Kite toont verwoesting van een familie in Peking aan de vooravond van de politieke storm van de Culturele Revolutie. Tian is een van de vele filmmakers, auteurs en schilders, die het belangrijk vindt dat de Culturele Revolutie, haar oorzaken en de invloed ervan wordt getoond. "De Culturele Revolutie kan niet alleen beschouwd worden als een persoonlijke fout van Mao Zedong. Iedereen draagt verantwoordelijkheid. Iedereen moet zichzelf afvragen wat zijn eigen rol was, en hoe het allemaal mogelijk werd".

Maar ook al zou Tian nog wel films over deze tijd willen maken, de markt is er niet naar. "Het huidige filmpubliek is jong, twintig jaar. Ze zijn te ver verwijderd van de Culturele Revolutie. Ze willen er niet over denken, ze willen het niet begrijpen. Maar ik denk dat dat soort films gemaakt moeten worden. Als er een zekere afstand ontstaat komt er volgens mij een soort behoefte aan begrip". Als Tian alle vrijheid zou hebben, zou hij het liefst weer een film maken in de trant van The Horsethief, om "de relatie tussen mens en natuur uit te spitten". Voorlopig wacht hij nog even af.